Rechter abdominale flankpijn na cholecystectomie, kan myofasciale dysfunctie een oorzaak zijn van deze klacht?
22 december, 2023 in
Rechter abdominale flankpijn na cholecystectomie, kan myofasciale dysfunctie een oorzaak zijn van deze klacht?
Van Bruwaene Philippe



Een 50 jarige dame komt langs voor pijnklachten aan de rechter abdominale flank uitstralend onder de ribbenboog.
De pijnklachten zijn sinds 1 jaar persisterend aanwezig en ontstaan na een klassieke cholecystectomie.
De aard van de pijn is zeurend, verergert naar de avond toe en bij stress en vermoeidheid. Verbetering is er bij warmte en lichte beweging (wandelen, fietsen). Mevrouw werkt als poetsvrouw en heeft geen actieve hobby’s.
Ze heeft al meerdere consultaties postoperatief gehad aangezien er een causaal verband leek te zijn met de pijn en de operatie. De pijn werd als restpijn beschouwd waar het advies werd gegeven om nog wat geduld uit te oefenen.
Mevrouw is op eigen initiatief langs gekomen na wat positieve anekdotische ervaringen van kennissen over dry needling.

Bij inspectie merk je duidelijk littekenweefsel van de cholecystectomie. Geen specifieke biomechanische deviaties. 
De klachten situeren zich 1 a 2-tal cm onder dit litteken.

Onderzoek toont lichte hypomobiliteit van rib 10-11-12.
Diafragma is wat palpatoir gevoelig bij diep inademen maar ademhalingspatroon toont een normale verhouding (buik-flank-top).
D10-D11 rechts heeft paravertebrale hypertonie met wat beperking in rotatie links.
Palpatie van de buikflank geeft taught bands aan rond en onder het littekenweefsel. 

Behandeling 1/2/3 
• manueel behandeling D10-11, TLO, onderste ribben, diafragma
• dry needling en stretching
o multifidi D10 en D11
o longissimus tgv D10
o obliqui ext/int rechter buikflank

Bemerking: 
De operatie is reeds langer dan 3 maand geleden waardoor dry needling mag toegepast worden. 
De taught bands zijn niet zo evident te voelen aangezien er meerdere zich bevinden net rond of onder het littekenweefsel. Alsook moeten we in deze regio rekening houden met de beperkte diepte van het veilige prikken in de buik waardoor we niet té uitgebreid kunnen “exploreren”en testprikken. We blijven dus werken binnen de “eerste” fascialaag. 
Desondanks de minder evidente context zijn er meerdere actieve triggerpoints aanwezig en voelen we na de behandeling een duidelijke verlaging van de spiertonus. 
De patiënt krijgt als advies om warm te houden, krijgt wat specifieke stretches en wat actieve rotatoire mobilisaties. 

Na 3 sessies zien we een evolutie van de pijn van een uitgebreidere zone naar een focalere, kleinere zone. 
Pijnscore zelf is ook lager. 

Sessie 4 en 5 zijn gespreid over 4 tot 6 weken waarna de patiënt volledig klachtenvrij is en de behandeling succesvol kan worden afgerond.
Aangezien de patiënt een jaarlijkse vervolgafspraak had bij de specialist, wordt een verslag meegegeven om de indicatie en werking van de dry needling te kaderen. 

In deze casus zien we dat triggerpoints kunnen ontstaan ten gevolge van incisie tijdens chirurgische ingreep en dysfunctie musculatuur wegens tijdelijke inactivatie postoperatief.